Op de wijnbeurs Klassiek Europa kon worden deelgenomen aan diverse masterclasses van de aanwezige importeurs en/of producenten. Met dank aan Ghislaine van Melman Communications kon ik deelnemen aan een masterclass over de D.O. Rueda. In tegenstelling tot andere masterclasses die die dag gegeven werden, zat deze helemaal vol. Het zal ongetwijfeld te maken hebben gehad met degene die de masterclass gaf: Frank Smulders. Tot op heden nog steeds de enige Master of Wine in Nederland. Een titel die nu voorbehouden is aan driehonderd experts wereldwijd op het gebied van wijn. Onnodig om te vermelden dat ik aan zijn lippen hing. Hij vertelde over het Spaanse wijngebied Rueda. Wijnen die ertoe doen zijn wit. Rood wordt er wel gemaakt, maar van dezelfde druiven als de omliggende gebieden Toro, Ribera del Duero en Rioja die wat rode wijnen betreft een grotere naam en faam genieten.
Rueda's troef is de witte verdejo druif. In wijngaarden op 600 tot 900 meter hoogte gedijt deze hier het best. In dit gebied in het hart van Spanje, net iets boven Madrid, heerst een continentaal klimaat. Overdag in de zomer wordt het er wel 38 graden terwijl het 's nachts kan afkoelen tot een graad of 13. Het percentage verdejo aanplant is hier maar liefst 82%. Wanneer er een mono-cépage wijn van wordt gemaakt moet minstens 85% bestaan uit de druif die prominent op het etiket staat. In Rueda is het gebruikelijk om te blenden met de viura druif. Van zichzelf een ietwat "suffe" druif zoals Frank hem noemde, zeker wanneer je deze vergelijkt met de verdejo die bijna zo stuivend en aromatisch is als de sauvignon blanc. Waar de sauvignon blanc voornamelijk uitblinkt door zijn groenigheid, moet de verdejo het hebben van "stonefruit" op z'n Engels; perzik, abrikoos en pruim. Een restzoetje is meestal wel merkbaar maar toch zijn de goede verdejo's beendroog. Een mooi voorbeeld daarvan was de "Ossian". Van de dure versie worden jaarlijks slechts 1200 flessen gemaakt; de prijs van bijna 30 euro is te begrijpen en valt dan nog best mee. Wij proefden de iets minder dure versie, maar dat deze een loepzuivere afspiegeling was van wat Ossian kan produceren was evident. Een mooie balans en een lange afdronk.
Ook de daarop volgende Jose Pariente bleek een juweeltje te zijn. Voor deze wijn wordt er maar liefst drie keer geoogst in hetzelfde jaar. Vroegrijpe, perfect rijpe en laatrijpe druiven worden na vergisting geblend tot een krachtige verdejo waarin de balans perfect is. Hoe kan dat ook anders, want de oogstmethode is daar welhaast een garantie voor. Ik hoorde er vandaag voor de eerste keer over en het klinkt eigenlijk zo logisch dat ik me afvraag waarom dat niet wereldwijd op grote schaal op die manier wordt toegepast. Wat ik ook vandaag voor het eerst hoorde was hoe je herkent of wijn van jonge stokken komt. Het zal misschien niet 100% waterdicht zijn maar wanneer het aroma van een wijn veel meer belooft dan dat de smaak prijsgeeft, zou dat heel goed hierdoor kunnen komen. Dat zijn toch van die interessante weetjes waar je nog eens iets aan hebt. Op de beurs was een aparte stand van de witte Rueda wijnen, niet van één leverancier of importeur, maar een verzameling van allemaal verschillende. Maar liefst 16 verschillende wijnen konden hier worden geproefd waarvan 11 mono-cépage wijnen van de verdejo. Een uitgelezen kans om de typische eigenschappen van deze druif en de onderlinge verschillen tussen de wijnmakers eens goed te proeven. De masterclass van Frank voegde een extra dimensie toe aan het analytisch proeven en de manier waarop hij dit deed, liet zien dat hij vaker met dat bijltje hakt.