De ochtendsessie ging vandaag over het herkennen van verschillende klimaatzones. Kun je een koel, gematigd en warm klimaat in een wijn waarnemen? Dat blijkt dus te kunnen, maar het is wel moeilijk. Hints kunnen zijn de zuurgraad, het alcoholpercentage, het aroma. Er zitten echter ook instinkers bij: Argentinië en Nieuw Zeeland, om maar twee voorbeelden te noemen. Argentinië lijkt voor ons erg warm, maar doordat de wijngaarden op grote hoogtes liggen is het daar toch weer een stuk koeler. Voor wat betreft Nieuw Zeeland: het is omgeven door oceaan waarvan je nooit meer dan 170 kilometer bent verwijderd. Deze oceaan zorgt voor koele nachten, terwijl het overdag weer een stuk warmer wordt. Aroma en zuurgraad blijven hierdoor behouden. Van de acht te proeven wijnen had ik er van slechts drie de precieze herkomst correct. Wel had ik alle druivenrassen goed maar dat bleken er eigenlijk maar twee te zijn: chardonnay voor de vier witte en pinot noir voor de vier rode wijnen. De wijnen die we proefden van Salentein vond ik wel erg mooi. Van beide dacht ik dat het cru's uit de Bourgogne waren; dat toont dus wel hoe knap dat is gemaakt!
De middagsessie ging over de Provence, Corsica en mijn favoriete wijnstreek: de Languedoc-Roussillon. Docent was Peter van Houtert. Een enorm gepassioneerd verteller die niets hoefde op te lezen, hij deed het allemaal uit zijn hoofd, maar nog veel meer vanuit zijn hart. Het werd snel duidelijk dat hij wijn ademt, bij wijze van spreken. Geen speld kon je er tussen krijgen, hij was constant aan het woord en ook nog eens in een rap tempo. Daarbij had hij ook nog eens de uitstraling en het charisma van een echte leraar. Je weet wel, zo eentje die je niet moet proberen uit te dagen, want voor je het weet sta je in de kamer van de conrector! Wijnen uit Corsica kregen we vandaag helaas niet te proeven. Gelukkig heb ik nog een Patrimonio AOC van het druivenras vermentino in mijn voorraad liggen, ik zal hem eerdaags eens opentrekken. Uit de Provence kregen we een geweldig mooie rosé wijn te proeven. Mooie zalmkleur tot oranje, zoals ik ze het liefst zie. Het prijskaartje van plusminus 28 euro zal echter menigeen afschrikken. Maar zoiets moet je ook niet achteloos op een zonnige dag bij de BBQ opentrekken. Een gastronomische rosé die je echt wel met een mooi gerecht moet combineren. Uit de Languedoc-Roussillon, eigenlijk zijn dit twee separate gebieden, kwam de rest van de wijnen. Van de wijngigant Mont Tauch kwamen enkele wijnen voorbij, maar ook van Laurent Miguel en Paul Mas. Mensen die veel voor deze regio betekenen en ook qua marketing goed bezig zijn. De wijnstreek krabbelt gestaag uit een dal. Steeds meer terroir-wijnen worden er gemaakt, terwijl voorheen hier de zogenaamde "bulkwijnen" vandaan kwamen; veel wijn (kwantitatief) voor weinig geld. Door middel van overheids-subsidies werden hier veel wijngaarden gerooid om niet meer terug te komen. Het werpt zijn vruchten af want ook de gemiddelde opbrengst per hectare daalt wat ten goede komt aan de kwaliteit. En nog steeds kost een goede wijn hier geen vermogen. Peter spreekt niet over prijs-kwaliteit verhouding, maar over prijs-pret verhouding, en daar heeft hij natuurlijk wel een punt. Ook nog een advies kregen we van hem mee: probeer toch 'ns een keer een J.P.Chenet. Naast het feit dat de krom gehalsde fles natuurlijk marketing-technisch een briljant idee was, schijnt de smaak vandaag de dag best nog wel mee te vallen. Ondergetekende zal het zeker eens gaan proberen. We sloten af met een wijn die ik niet heb uitgespuugd. Een Rivesaltes AOC uit 1978! Wat een heerlijkheid was dat! Grenache blanc 80% grenache noir 20%. Wat mag dat kosten? Mwah, ongeveer 95 euro voor een bouteille, maar met een sublieme prijs-pret verhouding!