Saint-Émilion valt onder de "rechteroever van Bordeaux". Niet dat Bordeaux zelf een rivier is, nee, Bordeaux is een stad en een wijnstreek. We hebben het over de oevers van de Gironde. Een enorm brede en lange riviermonding waarin de rivieren Garonne en Dordogne uitkomen. Ten zuiden van de Gironde en de Garonne noemt men de linkeroever en ten noorden van de Gironde en de Dordogne de rechteroever. Het gebied tussen deze twee rivieren heet dan weer "Entre-Deux-Mers", letterlijk: "tussen twee zeeën". De linkeroever is het domein van de cabernet sauvignon, de rechteroever van de merlot. In beide gevallen meest aangevuld met andere toegestane druivenrassen in Bordeaux, monocépages zijn hier een uitzondering. Veruit de beroemdste wijn van de rechteroever is Château Pétrus van de appellatie Pomerol. Daaraan grenzend ligt dus de appellatie Saint-Émilion. Op het exemplaar van vandaag staat geen naam van een Château, wijnhuis, wijnmaker of wijngaard. Het is het product van een coöperatie. Alcohol is 13,5%. In het glas een heldere fel scharlakenrode kleur met een licht magenta randje, kleurintensiteit 2 uit 5. Het verse rode fruit stuift het glas uit, gevolgd door wat kruidigheid en iets dropperigs. In de mond een zoetje, lekkere zuren, een klein bittertje, tannines 2 uit 5. De dropsmaak valt me als eerste op, hij is vol, hij is rond, hij is rijp. Barstensvol fruit lopend van rood naar zondoorstoofd zwart, kers, braam, pruim. Een lekker glas wijn.
Alhoewel ik niet weet hoe een authentieke Saint-Émilion en de typiciteit van bijbehorend terroir zou moeten smaken, kan ik me echter niet onttrekken aan m'n gevoel dat ik die hier mis. Het is een goedgemaakte wijn, maar hij zou uit meerdere windstreken van Frankrijk kunnen komen, sterker nog, hij zou zelfs uit meerdere werelddelen kunnen komen. Desondanks is het een smakelijke wijn gemaakt voor de snelle consumptie, niet voor opleg en daarin verschilt hij wellicht al met typische Saint-Émilions die doorgaans wat harder en onrijper overkomen in hun jonge jaren.